Supplement 4.2: Mosselbedden en oesterbanken
Mosselbedden
Volgens de Blue Mussel Workshop 2002,
Deze omschrijving omvat ook jonge bedden met een grote overvloed aan kleine mosselen. De beschreven structuur kan niet anders zijn in jonge bedden of juist vastgezette bedden (spatfall) (Blue Mussel Workshop 2002; cit. in Waddenzee Ecosysteem 2005)
Onder natuurlijke omstandigheden zijn de grenzen van mosselbedden en het omringende bij eb droog vallende plat niet altijd duidelijk afgelijnd. Daarom ontwikkelden wetenschappers criteria om genormeerde beslissingen te nemen over de grenzen van mosselbedden bij het uitvoeren van veldonderzoeken:
Oesterbanken
De term "bank" is oorspronkelijk ingevoerd bij de vaart op zee en beschrijft iedere onderdiepte, bijvoorbeeld een zandbank.
Deze landvormen hebben dus een versterkt organisch frame dat blijft bestaan wanneer organismen doodgaan. Banken worden gewoonlijk gevormd in ondiep water, maar er zijn ook diepwaterbanken en koudwaterbanken.
Vier processen, die gelijktijdig plaatsvinden, zijn betrokken bij het aangroeien van banken: opbouw, afbraak, sedimentatie en cementeren.
- Constructieve (bouwen van bank of engineeringprocessen): Opbouw van de primaire structuur door organismen die kolonies vormen, opbouw van de secundaire structuur door incrustatie, vullen met carbonaatdeeltjes en accumulatie van sediment
- Destructieve processen: de fysische vernietiging bij het zeeoppervlak door golven en stromen. Stormen kunnen grote kortetermijneffecten hebben op banken. Echter, de erosiesnelheid is praktisch dezelfde als die van constructieve processen.
- Sedimentatie van losse deeltjes is verantwoordelijk voor de feitelijke opbouw van een bankstructuur. Deeltjes zijn afkomstig van organische residu's van organismen en van vernietiging van het banklichaam. Het fijn materiaal kan in de spleten in de bank terechtkomen en deze opvullen.
- Cementeren is het proces van neerslaan van opgeloste minerale componenten in de spleten van de bankstructuur. Dit proces resulteert in bestendigheid van de structuur tegen golven.
De Japanse Oester (Crassostrea gigas) is een voorbeeld van een zogenaamde bankenbouwer of ecosysteemingenieur.