Supplement 2.12: Impact van olie op mariene flora en fauna (2/3)

Bioaccumulatie van koolwaterstoffen

Het opnemen van zelfs minimale hoeveelheden koolwaterstoffen in het weefsel van mariene organismen door de opname van opgeloste fracties via de kieuwen of huid of rechtstreeks inslikken van de vervuilende stof kan de roofvijanden van die organismen treffen. Indien de verontreinigende stof niet afgebroken wordt in de loop van het metabolisch proces van het organisme, dan kan dit doorheen de voedselketen steeds geconcentreerder worden. Dit is het verschijnsel van bioaccumulatie van chemische stoffen door de voedselketen, totdat zij aanzienlijk hogere concentraties bereiken dan die welke in het water vastgesteld werden.

Bij elke schakel in de voedselketen consumeren organismen ongeveer 10 kg materie van het niveau eronder om 1 kg van hun eigen levende materie te produceren. Als de vervuilende stof overgaat van het ene niveau naar een ander zonder afgebroken te zijn, vermeerdert de concentratie ervan in de levende materie bijna tien maal bij iedere schakel in de keten! Organismen bovenaan de keten kunnen daarom blootgesteld worden aan zeer hoge concentraties van een product dat de organismen lager in de keten niet trof en kan schadelijk zijn voor hun gezondheid.

Zoom Sign
marine food chain
Mariene voedselketen.

Bioaccumulatie van koolwaterstoffen wordt vaak aangehaald als een belangrijke zorg, wanneer zich een olievlek voordoet. Gelukkig echter zijn veel bestanddelen van olie- en petroleumproducten biologisch afbreekbaar op een of ander niveau van de voedselketen. Enkel de zeldzamere polycyclische koolwaterstoffen met hoog moleculair gewicht hebben de neiging om een aanzienlijk bioaccumulatiepotentieel te hebben tot aan de hoogste niveaus van de voedselketen. Daarom is bioaccumulatie, als deze inderdaad optreedt, over het algemeen van een voldoende laag niveau om verdoezeld te worden door andere meer zichtbare verschijnselen bij het optreden van een olievlek.

"Tainting" (smaakverlies)

Een wijziging van de smaak en geur van zeevruchten is een van de verschijnselen die vaak waargenomen kunnen worden na een olievlek. Gewone aanraking van koolwaterstoffen in het water met de huid of kieuwen kunnen zeedieren een smaak en reuk geven die door klanten onaanvaardbaar geacht worden.

Zo'n smaak, soms duidelijk ervaren als een "olieachtige smaak", soms gewoon herkend als zijnde anders dan de gewone smaak, staat bekend als "tainting".


Zoom Sign
oyster
Oester
Foto: Aomorikuma / Wikimedia Commons

Dit specifieke effect is een ernstig probleem bij het beheersen $ van de gevolgen van een olievlek. Weekdieren, zoals oesters en mosselen, kunnen door filtreren aanzienlijke hoeveelheden in het water aanwezige koolwaterstoffen absorberen.
Bijvoorbeeld, een oester van 20 gram filtreert zo'n 48 liter zeewater per dag. Hij kan de concentratie van een vervuilende stof in zijn weefsels met 70.000 verhogen ten opzichte van het omringende milieu.

Zoom Sign
smelly fish
Vis met een geurtje.

"Tainting" kan zeer snel optreden. Er zijn maar enkele uren tot enkele dagen contact nodig om de smaak en geur te wijzigen. "Tainting" kan getest worden door olfactorische of organoleptische tests en kan gekwantificeerd worden door analyses van het totale gehalte aan koolwaterstoffen in de weefsels van het organisme. Bij overbrenging in koolwaterstofvrij water, of wanneer de vervuiling gestopt is, ontdoen de dieren zichzelf binnen een paar weken tot een paar maanden op natuurlijke wijze van de verontreinigende stof.

De "tainting" van schaaldieren, vissen en schelpdieren komt vaak voor bij een olievlek. De onmiddellijke reactie van overheden is om het oogsten of verkopen ervan tijdelijk te verbieden. Dan moet bepaald worden of de verontreinigde dieren op de markt gebracht kunnen worden na decontaminatie of dat ze vernietigd moeten worden als voorzorgsmaatregel. Deze kwestie is een belangrijk probleem in termen van de bescherming van de consument en de lokale economie, evenals de commerciële reputatie van de lokale visnijverheid.

Tekst: Cedre 2007